Dag 180 van 2555; de dood en al haar facetten

equal money capitalismHet moment dat wij geboren worden sluiten wij als het ware een soort van pact waarmee wij voor onze dood tekenen, want geboorte en dood zijn onlosmakelijke polariteiten van elkaar. Het gekke is dat wij zodra we het fysieke leven betreden en enige vorm van bewustzijn zich ontwikkeld angst voor de dood. Wij hadden geen angst voor de geboorte het leven, maar wel angst voor de dood. De vraag is dan hoe authentiek deze gedachtengang, deze angst voor de dood is? We hebben allemaal deze angst, van gelovige tot atheïst, dus deze vraag staat los van geloof en overtuiging. Ook al beweer je geen angst voor de dood te hebben, waar komt dan die onzekerheid van het niet weten over een leven na de dood vandaan? De angst voor het onbekende en de angst om niet meer te zijn, wat uiteindelijk gelijk staat aan de dood.

Elke keer wanneer er iemand sterft in onze nabije fysieke werkelijkheid dan sterft er een stukje in ons. Elke keer als er iemand sterft worden wij geconfronteerd met het feit dat na de geboorte uiteindelijk de dood volgt. Elke dood van de ander is opnieuw een confrontatie met onze eigen dood die in de maak is maar nog geen dead line heeft. Elk rouwen om de ander is het rouwen om onszelf en het onder controle houden van de angst voor het onvermijdelijke pact dat in werking zal gaan.

Niemand van ons wil een nare ziekte op het einde van zijn leven, iedereen wil vredig heen gaan, zodat we niet hoeven te merken dat we dood zijn gegaan. Vaak wordt ook wel gezegd dat de dood niet zozeer angst geeft maar het lijden is hetgeen dat ons angst in boezemt. We willen niet onnodig lijden, we willen geen pijn, toch wordt iemand die gestreden heeft op zijn sterfbed geprezen voor de strijd die hij/zij heeft geleverd. We accepteren dus dat pijn en dood bij elkaar horen, maar willen het niet zelf ervaren. Dat is niet veel anders tijdens ons leven, we accepteren tegenspoed in ons leven, maar hebben het doel om alleen maar voorspoed te ervaren en voelen het als een straf van God of substituut daarvoor, wanneer ons leven niet loopt zoals wij ons dat hadden voorgesteld.

Zo wordt de dood ook mooier voorgesteld dan de angst die we er omtrent hebben, denk maar aan bijna dood ervaringen. Allemaal zien ze tunnels, licht ,mooie muziek en ervaren ze ware liefde. De authenticiteit van deze ervaring wordt gelegd in het feit dat al deze mensen met deze bijna dood ervaringen hetzelfde meemaken en dus moet het wel echt zijn. Het zou zomaar kunnen zijn dat dit een programma is dat draait bij de juiste omstandigheden. Onze geest is een conglomeraat van programma’s die de hele dag door draaien, wat maakt dat wanneer wij allemaal hetzelfde ervaren het dus wel waar moet zijn. Met de juiste hormonen worden we verliefd en dat loopt altijd volgens hetzelfde basis programma, wat mooi laat zien hoe wij als mensen voorgeprogrammeerd zijn, maar nee het geeft volgens velen juist aan hoe echt onze gevoelens en emoties zijn. Als we gedumpt worden door onze geliefde dan hebben we liefdesverdriet en niet ineens angst voor hoogten. De dood is de stop van de programma’s en het fysieke lijf dat niet meer kan, zoals we in ons lijf glijden bij onze geboorte zo glijden wij er ook weer uit als we sterven.

Uit de aarde zijn wij ontstaan en als aarde zullen wij wederkeren. Dat wat wij zijn geworden als fysieke manifestatie dat zullen wij zijn als wezen in het hiernamaals. Dat klinkt mooi, maar dat is het punt waar ik zou zeggen dat ik pas angst voor heb, want wat ben ik geworden? Wat heb ik allemaal geaccepteerd en toegestaan om te worden wie ik ben? Kan ik staan als het leven voor wie ik ben? Als ik nu zou sterven blijft er dan nog iets anders over dan de aarde en al het vergankelijke dat ik niet met mij mee kan nemen? Wanneer ik mijzelf niet ken of leer kennen op aarde in de fysieke werkelijkheid dan kan ik nooit zeggen wie ik geworden ben door acceptatie en toestaan, dan kan ik nooit mijzelf aansturen om dat te worden wat in het belang van al het leven is. Ik zal dus eerst mijzelf moeten leren kennen alvorens ik kan sterven om niet als een hoopje aarde aan de aarde toegevoegd te worden als een leuke trip waar helaas maar waar een einde aan kwam. Mijn bezittingen laat ik achter, ook al mijn emoties/gevoelens/angsten want die hebben mij bezeten als de geest gedurende mijn leven dus laat ik het achter en blijft alleen dat over wat ik echt geleefd heb en dat wat ik echt geworden ben. Ja, dat is pas angstig om na je dood poef te doen en niet meer te zijn en ook dat is voorgeprogrammeerd, want dat is de geest die vreest om zijn bestaan in de vorm van ons ego. Het ego wil onsterfelijkheid en het behoud van het hele palet aan emoties/gevoelens/angsten, want dat is zijn levenselixer en zonder dat is er geen bestaansrecht voor de geest. Onze geest weet dat wanneer het fysieke lijf niet meer is, hij ook niet meer is, maar zal tot het laatste doorvechten om het onderste uit de kan te halen. Het wordt tijd dat we een pact met de geest sloten en elkaar van dienst te zijn zolang we het met elkaar moeten doen hier in de fysieke werkelijkheid, om met behulp van de geest onszelf weg te pellen als een ui, om tot niets uit te komen bij de kern, de kern van ons bestaan.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om angst te hebben voor de dood en mij niet te realiseren dat deze angst van de geest is en de overleveningsdrang van de geest is en niet van mijzelf als leven.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om naar mijn dood te kijken door de ogen van mijn geliefden en verdriet te voelen over mijn dood ergens in de toekomst.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om tijdens mijn leven mij bezig te houden met mijn dood en mij niet te realiseren dat ik zo het stuk van leven oversla en van geboorte in de dood overga.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mijn geest het concept dood te laten begrijpen, terwijl ikzelf weet/realiseer/begrijp dat ik als aarde terug zal keren en alleen nog ben wanneer ik mijzelf gerealiseerd heb en niet binnen de limitaties van de geest ben blijven steken.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om niet in pijn te willen sterven en mij niet te realiseren dat ik ook al in pijn geleefd heb.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om de angst voor de dood voor mij uit te schuiven en te onderdrukken om normaal te kunnen leven en mij niet te realiseren dat dit onderdrukken ervoor zorgt dat mijn leven zodoende gelardeerd is van de angst voor de dood omdat deze angst als water is dat altijd een uitweg vindt om verder te stromen.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mijn geboorte elk jaar te herdenken en feestelijk mijzelf mee bezig houd, maar bij de gedachte aan mijn dood voel ik zwaarte en verdriet.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mij niet te realiseren dat leven en dood een polariteit is en dus het 1 niet zonder het ander kan bestaan.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om al mijn angsten te baseren op de angst voor de dood en zo dagelijks met mijn dood bezig te zijn wat inhoud dat ik niet in het moment kan zijn als en in de adem.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mij niet te realiseren dat de dood onomkeerbaar is, zelfs zijn letters zijn onomkeerbaar, het gebeurd of ik nu besluit te leven of te overleven binnen het netwerk van mijn angsten.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om angst te hebben dat ik op het moment van mijn dood niet klaar ben met het proces om mijzelf te kennen en in het niets zal verdwijnen en mij niet te realiseren dat dit de geest is die in voorgeprogrammeerdheid tegen mij spreekt.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om angst te hebben niet geleefd te hebben en als spijt mijn dood in ga, wat ik vervolgens tot in den eeuwigheid zal zijn.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om te leven als de geest en volledig aan mijzelf voorbij te gaan waar de angst uit voortvloeit dat ik mijzelf niet zal kennen en dus het leven niet zal kennen.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om spijt te hebben op voorhand dat ik niet echt geleefd heb wanneer de dood zich aandient.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om  mij niet te realiseren dat ik tot slaaf van de geest ben, wat mij doet beseffen dat ik spijt heb om als slaaf van de geest als gedachten te zijn en niet mijzelf aan te sturen in onvoorwaardelijkheid.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om  mijn leven in het hier en nu te leven om zo geen spijt te hebben van elke gemiste adem in angst voor de dood.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om mij te realiseren dat mijn bezittingen materieel en immaterieel niet hetgeen zijn waar het leven om draait en ik mijzelf zal moeten focussen op dat wat echt is en de tand des tijds kan doorstaan.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om angsten te zien/begrijpen als stuiptrekkingen van mijn geest en de poging van mijn geest om mij als slaaf te behouden en in plaats van erin mee te gaan ze te bestuderen en te begrijpen om mijzelf zo verder dan deze limitatie te helpen en mij als leven kan realiseren.